“Waar zijn de vakken naartoe?”

De nieuwe middenschool Stamina in Brugge sloopt de schotten tussen de vakken. Hun lessenrooster ziet er dan ook helemaal anders uit: startgroep, vrij project, instructie en werktijd. Waar zijn de vakken dan naartoe?

Kevin Faingnaert

Dat vraagt Else Pelemans zich af. Ze is leraar Frans in een traditionele school en trekt nieuwsgierig naar Nico Avels. Die Stamina-leraar deelt zijn ervaringen.

Else: “Ik zie geen Frans of wiskunde op het lessenrooster. Jullie werken niet met vakken?”

Nico: “Bij Stamina spreken we inderdaad niet van vakken die we in 50 minuten lestijd gieten. Al vertrekken we wel van dezelfde leerdoelen en werken we met de GO!-leerplannen. We hebben alle leerdoelen ‘ontvakt’ en in 5 domeinen ondergebracht: wetenschap & techniek, talen & cultuur, kunst & creatie, economie & organisatie, welzijn & maatschappij.”

Else: “Maar die domeinen zie ik ook niet meteen op het lessenrooster?”

Nico: “Klopt. We werken vakdoorbrekend en projectmatig. Je ziet dus ‘projecttijd’ in plaats van een domein of vak op de planning staan. Het onderwerp van het project kiezen de leerlingen in samenspraak met ons. We leggen daarvoor wel inhoudelijke criteria op, want tijdens het projectwerk moeten we ook doelen bereiken. Het moet ook qua timing en budget haalbaar blijven. In ons vorige project zetten we slapen en dromen centraal. Nu werken we rond uitvindingen.”

Else: “Brengen jullie mijn vak Frans ook aan binnen die projecten?”

Nico: “Waar mogelijk komt Frans in een project aan bod. Maar voor de leerdoelen van Frans, Engels, wiskunde en in beperkte mate ook Nederlands voorzien we ook vaste instructiemomenten in het lessenrooster. Die doelen bouwen op, er zit een duidelijke leerlijn in. Vandaar dat we ze structureel inbouwen. Op de weekplanning vind je dus niet ‘Frans’ terug maar ‘Instructie en werktijd talen & cultuur’.”

“De hele groep van 40 leerlingen krijgt samen de instructie”

Else: “Zo’n instructiemoment geven jullie voor de hele groep van 40 leerlingen. Lukt dat?”

Nico: “Dat werkt, omdat leerlingen weten dat het nooit langer dan 20 minuten duurt. We zijn op die momenten ook met 2 in de klas. Nadien is er tijd voor een verlengde instructie. Dat laatste kan zijn omdat een groepje leerlingen meer uitleg nodig heeft of om verdiepend te werken. We geven dus geen les aan de gemiddelde leerling.”

Kevin Faingnaert

Else: “Dat probeer ik ook. Maar in mijn tweede jaar zitten 27 leerlingen waarvan er 8 Franstalig zijn. Als de klas in groepen zit en iedereen zijn taak kreeg, gaat de bel alweer.”

Nico: “Hier volgt na de instructie de individuele werktijd. Dan gaan de leerlingen aan de slag met niveauoefeningen. In overleg met hun coach kiezen ze voor welk niveau ze zich inschalen: basis, verdieping of uitbreiding. Ze bereiden zich tijdens een periode voor en dan volgt er een toetsing op hun niveau. Voor wiskundedoelen kan dat een echte toets zijn, maar filmpjes, mindmaps, een zelfgemaakte poster zijn ook evaluatie-instrumenten.”

Else: “Geven jullie dan punten?”

Nico: “Nee, we werken met een woordrapport. Zo fixeren we op bepaalde tijdstippen waar een leerling staat. ‘Check’ betekent dat het doel behaald is. ‘Double check’ gaat een niveau verder, de verdieping. Als leerlingen extra uitbreiding aankunnen, is er ‘triple check’. ‘Ongoing’ betekent dat ze het doel nog niet behaald hebben. We omschrijven dat per domein. Zo komende resultaten voor Frans onder het domein ‘talen & cultuur’. Op het rapport staan ook rubrieken als ‘Algemeen welbevinden’, ’Betrokkenheid’ en ‘Sleutelcompetenties’. Daarin zitten belangrijke zaken als mediawijsheid en samenwerking.”

Else: “Hoe behouden jullie het overzicht van welke doelen je al bereikte en welke nog niet?”

Nico: “Elke leraar is verantwoordelijk voor een deel van de doelen. We gebruiken daarvoor het leerplatform ‘Itslearning’, dat puur werkt vanuit leerdoelen. Dat geeft ons én de leerlingen en hun ouders een handig overzicht. Wij zien aan welke doelen we al hoe vaak werkten en leerlingen worden eigenaar van hun leerproces.”

Else: “Op jullie lessenrooster zie ik ook ‘startgroep’ staan. Wat is dat?”

Nico: “Dat is een vast moment bij het begin van de dag of net na de middag. In kleinere groepen bespreken we de actualiteit of persoonlijke ervaringen. Afhankelijk van de leraar die dat groepje begeleidt, gebeurt dat in het Frans, Engels of Nederlands. In het begin blokkeerden de leerlingen nog, maar we merken dat ze het nu toch al proberen. Een hele stap vooruit!”

Kevin Faingnaert

“Juta leert Koreaans”

Else: “Kunnen leerlingen ook Latijn leren?”

Nico: “Dat kan. In de vier uur vrij project werken de leerlingen aan iets wat binnen hun interesse, maar buiten de leerdoelen ligt. Juta leert bijvoorbeeld Koreaans en Finn onderzoekt de evolutie in kleutertekeningen. De leerlingen die voor Latijn kiezen, hebben 2 uur Latijn en 2 uur vrij project.”

Else: “In meer traditionele scholen moeten de leerlingen de leerstof thuis verwerken. Geven jullie veel huiswerk?”

Nico: “Dat beperken we tot een minimum. De leerlingen werken hard en intensief in Stamina. Thuis is het tijd voor iets anders. Op het einde van een schooldag is er vrije werktijd voor wie dat wil, dat nodig heeft of extra vragen wil stellen.”

Else: “Kunnen leraren hier een vrije (halve) dag kiezen of halftime werken?”

Nico: “Nee, maar dat weet je als je hier start. Samenwerken, overleggen en plannen zijn de hoekstenen van ons systeem. We zijn altijd op school en staan altijd met minstens 2 leraren voor de groep. Dat biedt veel voordelen. Als de ene leraar op bijscholing gaat, pakt de andere gemakkelijk over. Of we houden er al rekening mee als we de weekplanning opstellen.”

Kevin Faingnaert

Else: “Je komt zelf uit een traditionele school. Waarom ben je naar Stamina gekomen?”

Nico: “Puur uit interesse. Ik kon vroeger ook veel proberen in mijn klas, maar was beperkt in tijd en zat toch een beetje vast op een eiland. Dit was een kans om te doen wat ik graag wou doen. Om methodes toe te passen die een bewezen positieve invloed hebben op motivatie en leerprestaties. Niet alleen in mijn eigen lessen dus, maar op schoolniveau en met een gelijkgestemd team.”

Stamina startte op 1 september 2017 met 40 eerstejaars. De school hoort bij Scholengroep Impact.

Dit artikel kwam tot stand in een samenwerking tussen Veranderwijs en Klasse. Klasse is een multimediaal magazine over en voor onderwijs. 

Type locatie:

Comments

Je moet ingelogd zijn om te kunnen reageren